Een paar eeuwen geleden dachten mensen dat ze naar een gasplaneet keken toen ze zo'n kleurrijke, spectaculaire planetaire nevel zagen door een telescoop, vandaar de naam.
Astronomen hebben een heel speciaal verschijnsel in de ruimte gezien: een zogeheten 'herboren planetaire nevel'. Dit is een gasbubbel die in een eerder geblazen bubbel zit, of nevel, zoals te zien is op deze foto. De meeste sterren vormen aan het einde van hun leven een planetaire nevel, en soms, zoals in dit geval, doen ze dat twee keer.
Wanneer een ster al zijn brandstof heeft opgebrand, zwelt hij op tot een 10 keer zo grote, rode superreus. De ster heeft dan moeite om zijn buitenste lagen vast te houden die voor een groot deel de ruimte worden ingeblazen. Ondertussen valt de kern de los zwevende lagen aan met intense straling vanuit het midden waardoor een planetaire nevel ontstaat – een kleurrijke, gloeiende wolk van gas.
In zeldzame gevallen vertoont de kern hetzelfde trucje nog een keer, hij zwelt op en vormt een nevel. Nu noemen we het een 'herboren planetaire nevel'. Nevels bestaan heel kort in vergelijking met de levensduur van een ster. Zij verdwijnen in de ruimte na een paar duizend jaar. Hierdoor zijn nevels moeilijk te vinden, en 'herboren planetaire nevels' al helemaal. Toch zijn astronomen erin geslaagd om een exemplaar op de foto te zetten!
Een paar eeuwen geleden dachten mensen dat ze naar een gasplaneet keken toen ze zo'n kleurrijke, spectaculaire planetaire nevel zagen door een telescoop, vandaar de naam.